INGEZONDEN BRIEF: Brandstichtingen in Sliedrecht 

Een leegstaande loods aan de Rivierdijk in Sliedrecht is woensdagavond 25 september door een forse brand verwoest. Rond 19.30 uur werd de brand ontdekt. Bij de aankomst van de hulpdiensten was de brand al uitslaand.

Bij de brand kwam veel rook vrij. (Archieffoto Ruben van der Sterren / Sliedrecht24) 

Bij het oude slooppand zijn op de bewuste avond vier jongens gezien. Buurtbewoners geven aan dat er regelmatig jeugd in de leegstaande panden op het terrein speelt. Er wordt ook rekening mee gehouden dat de brand in het pand is aangestoken. Het ging om een brand op de zolder van de stalen loods. 

Hoeveel moeite moet je doen om een stalen loods in brand te krijgen? Het was de 25e volledig bewolkt en het had ook geregend. Zijn dit inderdaad kwajongensstreken? Wanneer iemand zich herhaaldelijk schuldig maakt aan het opzetdelict brandstichting (artikel 157 Sr.), kan er sprake zijn van seriematige brandstichting. Een recent voorbeeld zijn de brandstichtingen in het Gelderse dorp Zuilichem 

Uit een onderzoek onder 83 brandstichters (die totaal verantwoordelijk waren voor 2.611 brandstichtingen bleek het volgende: 30% van deze daders gaf aan tenminste één keer opzettelijk brand gesticht te hebben in de leeftijd tussen de 6 en 10 jaar. 41% van de daders was actief met brandstichten op 17- tot 18-jarige leeftijd. In de leeftijdsklassen daaropvolgend nam dat percentage af. Slechts een derde van de onderzochte daders was dan ook ouder dan 30 jaar.

De kans is klein dat een verdachte een ‘klassieke’ pyromaan is. Een pyromaan, iemand die gefascineerd is door vuur en brand en een onbedwingbare neiging tot brandstichting heeft, geniet van de angst en onrust in de buurt en zien graag hoe politie en brandweer in actie komen. 

Dat lijkt hier niet het geval, maar kennelijk ontbreekt wel het besef van de gevolgen van de branden. Denk aan omwonenden van slooppanden die het gevoel hebben dat ze op een tijdbom zitten. Wie van hen durft nog gerust op vakantie te gaan? Denk aan hele woonwijken die het risico lopen om met gevaarlijke stoffen in aanraking te komen. Een nare geur kan een jarenlang vervelend overblijfsel zijn na een calamiteit, ook voor huizen in de nabije omgeving. 

De brandweer kampt in leegstaande gebouwen vaak met problemen die zich niet voordoen in kantoren of fabrieken die operationeel zijn. Zo ontbreken bijvoorbeeld leuningen in trappenhuizen, zijn gangen geblokkeerd door afval, is elektrische bedrading niet geïsoleerd of zitten er gaten in de vloeren door verwijderde voorwerpen.

Een rechter vat het zo samen: brandstichting is bij uitstek een zeer gevaarzettend en voor de omgeving bedreigend delict, waarvoor in beginsel een vrijheidsstraf van lange duur op zijn plaats is”.

In Sliedrecht is er in het verleden al een paar keer aandacht gevraagd om iets te doen aan de slooppanden van bijvoorbeeld de “locatie Lanser”. Nadat één van de slooppanden van Lanser aan de Rivierdijk destijds in vlammen opging, nam het college maatregelen om de veiligheidsrisico’s te beperken. Bij het perceel Lanser zijn destijds hekken geplaatst en bebordingen aangebracht. Daarnaast zijn deuren en ramen dichtgetimmerd om toegang tot de panden tegen te gaan. De politie was verzocht de locatie extra in de gaten te houden.

Ook op deze locatie van de stalen loods op de Rivierdijk zijn in 2016 al eerdere, kleinere branden geweest. De reactie van de wethouder was destijds: “We zijn druk bezig, tezamen met de eigenaar, de ongewenste situatie structureel op te lossen. Binnenkort moet dat duidelijk worden.”.

Dus eerder slopen, dicht timmeren en in plaats van een motief uitgaan van een kwajongensstreek? Een uit de landgelopen feestje of toch de puberale neiging om steeds iets te vernielen? 

Culemborg kampte met een hoos aan autobranden. Justitie in Arnhem loofde een beloning van 20.000 euro uit. Daardoor en na aandacht in Opsporing Verzocht kwamen er tientallen tips binnen. Zonder resultaat. Hoe voorkom je dan in dit geval autobranden? Om antwoorden te krijgen belegde de politie vorig jaar september op de Universiteit van Twente een brainstormsessie met veiligheidsdeskundigen, verzekeraars, journalisten en wetenschappers. De uitkomst: bouw onbrandbare auto’s…

In de kwestie Rivierdijk zijn 4 jongens gezien. Ik ga er van uit dat dit niet de lokale belhamels zijn die iedereen in de wijk kent. “Crowdsourcing” van informatie levert al geruime tijd een grote meerwaarde bij een opsporingsproces. Denk hierbij aan de burger die het opsporingsproces assisteert bij zoekacties naar vermiste personen. Een voorbeeld hiervan is de zaak Anne Faber. In deze vermissingszaak zochten veel vrijwilligers mee. Deze vonden uiteindelijk de jas van de vermiste persoon, waarop het DNA van de dader werd aangetroffen. 

De politie is positief over de burgerparticipatie en wil er dan ook graag slim mee omgaan en anticiperen op de inspanningen.  Steeds meer burgers nemen het heft in eigen hand. En dan bedoel ik geen buurtpreventieteams en burgerwachten die de laatste tijd toch een beetje in opspraak zijn gekomen en soms als “knokploegen” worden gezien. 

Het gaat mij meer om de digitale hulpmiddelen. Een voorbeeld is de “Sherlock Holmes” app. Deze app, in ontwikkeling bij TNO én de politie helpt om zelf na bijvoorbeeld een inbraak een opsporingsdossier te maken. Door bijvoorbeeld zelf de sporen van de braak veilig te stellen. Let wel, het is niet de bedoeling  dat burgers zelf iemand gaan opsporen:  dit voorbehouden is aan de politie!

Een ander voorbeeld is de NextDoor app. De applicatie is te omschrijven als een soort Facebook, maar dan voor buren. Met het online platform kunnen buren met elkaar communiceren. Dat kan gaan over activiteiten zoals een buurtborrel, maar ook het waarschuwen voor verdachte personen in de buurt. Nextdoor balanceert wel tussen de grens van veiligheid en privacy en het is daarom goed om eerst de gebruikersvoorwaarden van een app Nextdoor goed te lezen,

Als we nu eens alle panden in kwestie slopen, potentiele daders (of dadertjes) de mogelijke catastrofale gevolgen bijbrengen en met zijn allen ongewenst en afwijkend gedrag registreren dan bouwen we zelf die “onbrandbare auto”…

1. Dit is een opiniestuk – geen feitelijke of wetenschappelijke informatie 

2. Ik pretendeer niet de volledige oplossing te hebben maar denk graag mee!

Theo Redelijkheid

Brieven worden 1 op 1 overgenomen. De redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoudelijke juistheid van een ingezonden brief. Plaatsing houdt niet in dat de redactie achter de inhoud van het bericht staat. Een brief wordt uitsluitend geplaatst als de bron bij ons bekend is. De naam van de afzender wordt onder het artikel geplaatst. NAW- en e-mailgegevens worden niet openbaar gemaakt. Een ingezonden brief plaatsen we onverkort, soms ook omdat er geen artikel over het onderwerp op onze website is verschenen.
 
Redactie Sliedrecht24

1 gedachte over “INGEZONDEN BRIEF: Brandstichtingen in Sliedrecht ”

  1. Dankjewel voor je ingezonden stuk, Theo!

    Deze zin vind ik bijzonder: “We zijn druk bezig, tezamen met de eigenaar, de ongewenste situatie structureel op te lossen. Binnenkort moet dat duidelijk worden.” Ik vraag me dan een aantal zaken af:
    a. hoe druk is druk?
    b. waaruit bestaat tezamen nu eigenlijk en in hoeverre is er sprake van een gezamenlijk belang?
    c. wat wordt er in dit geval verstaan onder structureel?
    d. Binnenkort is een rekbaar begrip. Wij zijn inmiddels 3 jaar verder.

    Op zich is het goed en logisch, dat voor sloop een vergunning moet worden aangevraagd, maar je soms wensen, dat de gemeente een sloopplicht zou kunnen opleggen.

    Met vriendelijke groet,
    Simon Kadijk

Plaats een reactie

*=Verplicht veld