Gemeenten zetten juridische stappen richting chemiebedrijven Chemours / DuPont

door Peter Donk
SLIEDRECHT – De gemeenten Papendrecht, Dordrecht, Molenlanden en Sliedrecht hebben het Juridisch Kennis Centrum en de externe advocaat de opdracht gegeven om verdere juridische stappen voor te bereiden tegen de chemiebedrijven Chemours en DuPont. Dat bericht wethouder Ed Goverde (PvdA) van Milieu en project Chemours donderdag 1 oktober 2020 aan de leden van de gemeenteraad. 

De chemiebedrijven Chemours / DuPont aan de overzijde van de rivier de Merwede in Dordrecht. (Archieffoto Hans van der Aa / Sliedrecht24)

Goverde praat de raad periodiek bij over het dossier Chemours / DuPont, nu over de periode maart 2020-september 2020, zoals eerder beloofd op 12 april 2016, vooruitlopend op een beeldvormende vergadering half oktober. Over de genomen stap schrijft de wethouder: “Daarbij richten wij ons momenteel op de ontstane bodemverontreiniging en de schade die dat met zich meebrengt. Omdat het dossier een decennialange historie heeft, vraagt het grondig en diepgravend onderzoek om een zo sterk mogelijke zaak op te zetten. Bovendien is zorgvuldigheid geboden. We werken hierin formeel samen met gemeenten Papendrecht, Dordrecht en Molenlanden. Met de provincie is structureel overleg om de verschillende procedures goed op elkaar af te stemmen.”

Afwijzing en hoge concentraties
De gemeenten reageren op een reactie van de chemiebedrijven. In 2018 startten de gemeenten met de aansprakelijkstelling van Chemours en DuPont voor geleden schade, schade die ze lijden en mogelijk in de toekomst nog zullen lijden als gevolg van de uitstoot van PFOA en GenX-stoffen. Overleg tussen de gemeenten en beide bedrijven en tussen de advocaten heeft geleid tot een formele afwijzing van de aansprakelijkstelling van de zijde van Chemours. Goverde schrijft: “De betrokken gemeenten en waterschappen doen vervolgonderzoek naar de concentraties van PFOA en GenX in het oppervlaktewater. De waterschappen Hollandse Delta en Waterschap Rivierenland zijn daarvoor gestart met het monitoren van het oppervlaktewater in de regio, om een beter beeld te krijgen van de aanwezigheid van de stoffen PFOA en GenX en hoe de concentraties zich ontwikkelen. De Waterschappen hebben de resultaten van de monitoring in samenwerking met het RIVM verwerkt in een rapportage.” Daarover is de raad in mei 2020 al geïnformeerd. “Uit de resultaten blijkt dat op enkele locaties, waaronder in Sliedrecht, hoge concentraties PFOA en GenX zijn gemeten. Deze resultaten waren in lijn met het eerdere moestuinonderzoek. We zijn in gesprek met het waterschap om hier meer duiding aan te kunnen geven en te onderzoeken of er maatregelen mogelijk zijn om de waterkwaliteit te verbeteren”, aldus Goverde.

Risiso’s en moestuin
De European Food Safety Authority (EFSA) heeft donderdag 17 september 2020 haar opinie naar de risicogrenswaarden van PFOA (en ook andere PFAS-stoffen) gepubliceerd. Goverde schrijft aan de leden van de gemeenteraad: “Het betreft grenswaarden die gericht zijn op een levenslange dagelijkse inname van de desbetreffende stof. EFSA is van mening dat de gezondheidskundige grenswaarde voor PFAS lager moet worden dan de eerder gestelde grenswaarden. Dit kan betekenen dat risico’s op kunnen treden bij lagere concentraties dan eerder werd gedacht. Het RIVM bestudeert nu de EFSA-opinie en geeft hierna aan of zij op wetenschappelijke gronden de gezondheidskundige grenswaarde kan overnemen.” Daarbij is volgens Goverde ook relevant wat de gevolgen zijn voor eerdere adviezen van het RIVM rond bijvoorbeeld de onderzoeken in moestuinen in Sliedrecht, Dordrecht en Papendrecht. Op dit moment is het advies om in een straal van één kilometer rondom de fabrieken met mate groente uit eigen tuin te eten.” Naar verwachting komt het RIVM eind dit jaar met haar advies. 

Zelfstandige omgevingsvergunning
Goverde neemt de raad even mee terug in de tijd. In het voorjaar van 2018 hebben zowel Chemours als DuPont elk hun formele aanvraag voor een revisievergunning ingediend bij de DCMR. Deze vergunningsherziening beoogt ook de bedrijfsactiviteiten van DuPont, die momenteel nog deel uitmaken van de vergunning van Chemours, af te splitsen en apart te vergunnen. Sinds 1 april 2019 is Performance Materials Netherlands B.V., een dochter van Dow Benelux B.V. (Dow) de nieuwe drijver van High Pressure Copolymers fabriek (HPC), voorheen de ECPof P&IP fabriek. Deze fabriek behoorde voorheen tot de inrichting van DuPont. Goverde: “Dow heeft de DCMR laten weten een zelfstandige omgevingsvergunning te willen aanvragen. Inmiddels is daarvoor in april 2020 een vooroverleg tussen de DCMR en Dow gestart. Nu Dow een vergunning aanvraagt voor de HPC fabriek, zal DuPont zijn aanvraag uit 2018 moeten wijzigen.” Dat heeft volgens Goverde tot gevolg dat in ieder geval de planning voor de ontwerpbeschikking voor de revisievergunning van DuPont verschuift.

Geen vertraging
Op basis van de huidige planning verwacht de DCMR de ontwerpbeschikking voor DuPont en Dow eind 2020 te kunnen publiceren, schrijft de wethouder. Goverde: “Voor zover mogelijk zal de ontwerpbeschikking voor Chemours al eerder worden gepubliceerd. Omdat de DCMR voor de emissiereducties van ZZS naar water en lucht niet afhankelijk wenste te zijn van het tempo van de lopende revisieprocedure is er eerder voor gekozen om de omgevingsvergunning van Chemours reeds ambtshalve aan te passen. Op die manier bereiken we dat de aangekondigde emissiereducties van diverse PFAS en andere (p)ZZS verbindingen naar water en lucht geen vertraging oplopen als gevolg van de nu noodzakelijke aanpassing in de planning voor de revisievergunning.”

Verlaagd
Begin september 2018 kondigde Chemours maatregelen aan om de uitstoot van GenX fors terug te dringen. “Daarbij belooft het bedrijf over twee jaar 99% minder GenX uit te stoten dan in 2017. Daarnaast gaan zij voor een reductie van 80% van andere zeer gevaarlijke stoffen in 2023 en 99% reductie in 2030. ln 2017 hebben Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland de vergunde indirecte lozing naar water door Chemours van de GenX stof FRD-903 verlaagd van 6.400 naar 2.035 kg per jaar. In de zomer van 2018 is dit verder verlaagd van 2.035 naar 148 kg per jaar. Op basis van de eigen aanvraag van Chemours voor de ingebruikname van een koolfilter ten behoeve van de waterzuivering is de jaarvracht in het definitieve besluit aangepast naar 140 kg en vanaf 2021 op 20 kg per jaar gesteld. Inmiddels heeft Chemours, mede op basis van een verdere optimalisatie van de waterzuivering, een aanvraag gedaan om de vergunde jaarvracht FRD-903 verder te verlagen naar 2 kg per jaar. Woensdag 6 mei 2020 heeft de DCMR hier een definitief besluit over genomen.

Emissie
Chemours heeft echter beroep ingesteld tegen deze beschikking en de voorzieningenrechter gevraagd een voorlopige voorziening te treffen i.v.m. bepaalde voorschriften die daarin door de DCMR zijn opgenomen. Goverde: “Dat betekent dat dit besluit in ieder geval niet eerder in werking treedt dan nadat de voorzieningenrechter in vervolg op een zitting uitspraak heeft gedaan. Vanwege het belang van een spoedige realisatie van de aangevraagde emissiereducerende maatregelen verkent de DCMR mogelijkheden om het besluit per direct in werking te laten treden met uitzondering van de betwiste voorschriften.” De provincie heeft ervoor gekozen via een volgende ambtshalve wijziging van de vergunning van Chemours de emissies naar de lucht versneld verder aan te scherpen. Dit kan omdat er nieuwe technische en economisch haalbare mogelijkheden beschikbaar zijn. Om de emissies te reduceren wordt niet gewacht op het tempo van de lopende revisieprocedure. Woensdag 18 december 2019 heeft de provincie de definitieve beschikking gepubliceerd. In deze beschikking wordt de vergunde emissie naar de lucht van de GenX stof FRD vanaf inwerkingtreden van deze vergunning eerst met bijna 80% gereduceerd van 450 kg naar 95 kg per jaar en per 2021 naar 3,2 kg per jaar. Voor veel andere organische fluorverbindingen geldt dat het totaal van de vergunde emissies in twee stappen per 2024 en 2025 uiteindelijk verlaagd worden met 99%.

Positief tegenover aanscherpingen
Aan de voorkant hebben de gemeenten Sliedrecht, samen met Papendrecht en Dordrecht en de Sliedrechtse adviseur Johan Vollenbroek, geadviseerd op de ontwerpbeschikking. Goverde: “In grote lijnen staan wij positief tegenover de voorgenomen aanscherpingen en een groot deel van onze eerdere adviezen zijn verwerkt. De verdere aanscherping van de emissies is een forse stap in de goede richting. In een zienswijze benadrukken wij echter ook nog een aantal aandachtspunten. Zo wijzen wij daarin op de noodzaak tot scherpe monitoring. Samen met onze adviseur constateren wij dat dit in de definitieve beschikking is aangescherpt op grond van onze zienswijze. Aandachtspunt blijft dat wij gaan voor een volledige reductie naar 0 van ZZS stoffen en daarom vinden wij dat sommige aanscherpingen sneller doorgevoerd zouden moeten worden. Onze adviseur acht verdere juridische stappen rond deze beschikking niet kansrijk, omdat het hier een ambtshalve wijziging betreft. De procedure rond de revisievergunning biedt hier mogelijk meer kansen toe en daarom blijven wij scherp letten op mogelijkheden om verdere reductie van ZZS zo snel mogelijk door te voeren. In de bestuurlijke overleggen kaarten wij dit dan ook nadrukkelijk aan.”

Beroep Chemours
Chemours heeft beroep ingesteld tegen het besluit van de provincie om de emissies naar de lucht te verlagen. Chemours heeft daarbij de voorzieningenrechter gevraagd een voorlopige voorziening te treffen. “Dat betekent dat het besluit in zijn geheel niet eerder in werking treedt dan nadat de voorzieningenrechter uitspraak heeft gedaan op het verzoek om voorlopige voorziening”, schrijft Goverde aan de gemeenteraad. Dinsdag 2 juni 2020 heeft de zitting  plaatsgevonden en vrijdag 26 juni 2020 is de uitspraak gepubliceerd. Goverde: “De voorzieningenrechter heeft de verzoeken van Chemours deels toegewezen en deels afgewezen. De ambtshalve wijziging is in werking getreden op tien voorschriften na die nu geschorst zijn tot na een uitspraak in de bodemprocedure.”

Afval naar België
Goverde schrijft ook over het uit Italië afkomstige FRD-houdend afval, dat door Chemours is opgeslagen. “Chemours heeft de maximaal vergunde opslagtermijn overschreden. De DCMR heeft daarom namens Gedeputeerde Staten een last onder dwangsom opgelegd met een begunstigingstermijn tot 1 juli 2020. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) heeft de door Chemours aangevraagde voor export van afvalstoffen benodigde EVOA-beschikking op 19 mei jl. verleend. Op basis van de EVOA-beschikking heeft Chemours het resterende afval op 25 juni jl. laten afvoeren naar België voor definitieve eindverwerking. De DCMR zal na afloop van de begunstigingstermijn controleren of de betreffende partij afvalstoffen in zijn geheel is afgevoerd naar een erkende verwerker”, stelt Goverde in het stuk aan de raad. Woensdag 14 oktober 2020 staat een beeldvormende vergadering gepland over het dossier Chemours / DuPont. 

Plaats een reactie

*=Verplicht veld