PVV Zuid-Holland wil duidelijkheid over rol omgevingsdienst

DEN HAAG / SLIEDRECHT – De PVV Zuid-Holland heeft Commissaris van de Koning Jaap Smit (CDA) woensdagmiddag 7 april 2021 een reeks vragen gestuurd over de stort van vervuilde PFOA-grond in Sliedrecht-Noord. Berichtgeving door online krant Sliedrecht24 is de aanleiding voor een vragenreeks.

De vragen zijn ingediend door fractievoorzitter Henk de Vree. Hij wil onder meer duidelijkheid over het handelen door de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid bij ​de stort van de zwaar vervuilde grond in Sliedrecht-Noord. (Foto Provincie Zuid-Holland)

Dinsdag 6 april 2021 werd bekend dat de grond van het weiland in de polder 19 mg/kg PFOA bevat, terwijl dat voor de vanuit de Benedenveer gestorte grond op gemiddeld 28 mg/kg uitkwam. Dat betekent dus een zwaardere vervuiling van ongeveer 50%. De uitkomsten van het onderzoek zijn in een officiële analyse certificaat vastgelegd.

Toestemming
Saillant detail is dat de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid toestemming had gegeven voor het uitrijden van de grond. ​Zo liet woordvoerder mw. Lydia Slob van de omgevingsdienst optekenen dat zij na goed overleg met de gemeente Sliedrecht en het waterschap toestemming hebben gegeven voor het grondtransport, aangezien het PFAS gehalte van de grond uit Benedenveer lager zou zijn dan het PFAS-gehalte in de grond van Sliedrecht-Noord. ​Dit is dus in tegenspraak met bevindingen van de VU Amsterdam.​ “De PVV is geschokt door de bevindingen van de VU Amsterdam. Niet alleen omdat er zwaarder vervuilde grond is gestort in Sliedrecht Noord met alle mogelijke gevolgen van dien, maar ook omdat de omgevingsdienst de stort heeft toegestaan.”, schrijft fractievoorzitter Henk de Vree (PVV Zuid-Holland). 

Vragen
PVV Zuid-Holland wil van Smit weten of hij bekend is met het onderzoek van de VU Amsterdam. “En of hij de mening deelt dat het op zijn zachtst gezegd zeer opmerkelijk is dat de gevonden waarden veel hoger zijn dan de ​ gehanteerde waarden in geldende regelgeving en de waarden waar de omgevingsdienst mee heeft gewerkt?”, aldus De Vree. Die wil ook van Smit weten of hij zo gedetailleerd mogelijk kan aangeven met welke onderzoeken de omgevingsdienst heeft gewerkt, waaruit blijkbaar de conclusie kon worden getrokken dat de grondverplaatsing mogelijk was. De Vree: “Kunt u alle communicatie tussen de gemeente Sliedrecht, de omgevingsdienst en het waterschap publiceren die te maken hebben met deze specifieke grondverplaatsing? Zo nee, waarom niet?​” Deelt u de mening dat deze grondverplaatsing niet had mogen plaatsvinden en mogelijk verstrekkende gevolgen kan hebben? Zo nee, waarom niet? Graag een gemotiveerd antwoord met o.a. een zo gedetailleerd mogelijke inventarisatie van mogelijke gevolgen, alsmede te nemen maatregelen door uw college en genoemde partners om zaken recht te zetten en te waarborgen dat in de toekomst dergelijke grondverplaatsingen niet meer kunnen plaatsvinden.​”

Geen antwoord
Uit het nieuwsartikel blijkt dat Lavooi aanvullende vragen heeft gesteld aan de omgevingsdienst over de dikte van de aangebrachte laag (toen ca 50 cm) en de gevolgen daarvan. De Vree: “Ondanks een schriftelijke toezegging dat er snel een antwoord zou komen, is dat tot op heden nog steeds niet gebeurd.​ Deelt u de mening dat voor het aangezicht van de omgevingsdienst, alsmede het provinciaal bestuur het zeer onwenselijk is dat er zo lang wordt gedaan om vragen over deze uiterst serieuze kwestie te beantwoorden? Kunt u nagaan waarom dit nog niet is gebeurd en de omgevingsdienst ‘inspireren’ zo snel mogelijk met een beantwoording te komen? Zo nee, waarom niet?​”

Plaats een reactie

*=Verplicht veld