Lokale paragraaf regionale Woonvisie binnenkort in raad

SLIEDRECHT – De gemeenten in de Drechtsteden stellen op grond van de Woonvisie 2017-2031 op korte termijn lokale uitvoeringsprogramma’s vast, waarna deze wordt uitgevoerd. Half december stemde de Drechtraad al met de visie in. Door de plannen heeft speelt de energietransitie op weg naar een duurzaam en energieneutraal Drechtsteden in 2050. 

Dit is het gebied rond het Burgemeester Winklerplein. Na de besluitvorming in de Drechtraad, zijn de gemeenteraden aan zet om de zogeheten lokale uitwerkingsparagraaf op te stellen, waarin de regionale visie vertaald en geconcretiseerd wordt naar de situatie in Sliedrecht. (© Foto RPAS Peter Donk / Sliedrecht24)

De Woonvisie (inclusief de lokale uitwerking) vormt het kader voor de plannen van ontwikkelaars en investeerders en voor de regionale en lokale afspraken met de woningcorporaties. “Deze Woonvisie staat niet op zichzelf. Zij maakt deel uit van een bredere en integrale aanpak “Groeiagenda 2030: Goed leven in de Drechtsteden’met aandacht voor wonen, bereikbaarheid en verbetering van onze sociaaleconomische positie. De Woonvisie beoogt hieraan een inspirerende en uitnodigende bijdrage te leveren”, stelt de Stuurgroep Woonvisie, waar onder meer regiobestuurder (en wethouder in Sliedrecht) Hans Tanis deel van uitmaakt.

Onvoldoende aanbod
Het huidige woningaanbod binnen de Drechtsteden is volgens de stuurgroep in de vastgestelde Woonvisie eenzijdig en kenmerkt zich door veel middelmaat. “Mensen die wooncarrière willen maken of zich hier willen vestigen, vinden nog te vaak onvoldoende aanbod of kwaliteit en zoeken elders. Met name veel hoogopgeleiden en jongeren verlaten de regio door het ontbreken van voldoende aantrekkelijke en passende woningen”, aldus de Stuurgroep. Een en ander neemt volgens hen niet weg dat ook minder koopkrachtige huishoudens een thuis moeten kunnen (blijven) vinden in de Drechtsteden.

Energietransitie
Er moeten volgens de Stuurgroep op vrij korte termijn investeringen worden gedaan in een alternatieve energie-infrastructuur in de gebouwde omgeving. Stuurgroep: “Het gaat hierbij om een transitie naar all-electric, (rest)warmte, geothermie of andere vormen. Ook energiebesparing is van belang. De definitieve keuze voor alternatieve energiebronnen wordt in samenspraak met gebouweigenaren gemaakt. Om de opgave niet nog groter te maken, worden nieuwbouwwoningen waar mogelijk niet meer aangesloten op aardgas. Waar mogelijk worden nieuwe woningen op het warmtenet aangesloten of als ‘nul-op-de-meter-woning’ met gebouwgebonden energie of energieleverend gebouwd.”

Senioren
Ouderen blijven over het algemeen zo lang mogelijk zelfstandig wonen. Door de extramuralisering van de zorg nemen volgens de Stuurgroep de mogelijkheden voor ondersteuning in de thuissituatie toe en wordt het lastiger om een indicatie te krijgen voor langdurig verblijf in een zorginstelling. “Waar eerder werd aangenomen dat ouderen massaal zouden verhuizen naar een gelijkvloerse woning, is de afgelopen jaren gebleken dat de verhuisgeneigdheid onder deze doelgroep juist erg laag is. De voornaamste verklaring hiervoor is dat ouderen vaak gewend zijn aan lage woonlasten. Daarnaast willen veel ouderen blijven wonen in de hun vertrouwde omgeving.” Verhuizen betekent meestal dat men meer gaat betalen voor een kleinere woning. Veel ouderen willen dit niet of kunnen het zich niet veroorloven. Daardoor bestaat er bij deze doelgroep een groot verschil tussen woonwensen en verhuisgedrag. Inmiddels wordt ervan uitgegaan dat tenminste 95% van de 65-plussers in de huidige woning blijft wonen. In veel gevallen is dit een eengezinswoning.

Sociale huurvoorraad
In de tussenliggende jaren is de voorraad sociale huurwoningen kleiner geworden en de doelgroep toegenomen. De omvang van de huurvoorraad van de woningcorporaties. In de tussenliggende jaren is de voorraad sociale huurwoningen kleiner geworden en de doelgroep toegenomen. Voor alle Drechtsteden gezamenlijk wijkt het beeld niet sterk af van het landelijk gemiddelde. Wel zijn de verschillen per gemeente aanzienlijk. Met name Sliedrecht en Zwijndrecht hebben een bovengemiddeld grote voorraad.

Bouwlocaties
Duurdere woonmilieus kunnen echter niet op elke locatie worden gecreëerd. In dit segment moet niet alleen de woning, maar ook de woonomgeving onderscheidend zijn. “Nieuwbouw in het hogere segment en voor nieuwe doelgroepen programmeren we daarom in ieder geval op locaties met unieke
kwaliteiten. Zulke locaties zijn bijvoorbeeld te vinden aan de rivieroevers”, schrijft de Stuurgroep.

Plaats een reactie

*=Verplicht veld