OM onderzoekt nog altijd mogelijke strafbare feiten

DEN HAAG / DORDRECHT / SLIEDRECHT – Het Openbaar Ministerie is bezig met een strafrechtelijk onderzoek naar de bedrijfsactiviteiten op het terrein van DuPont / Chemours. “Dit onderzoek richt zich op de stoffen C8 en DMAC en de vraag of daar strafbare feiten hebben plaatsgevonden”, schrijft demissionair-minister Lodewijk Asscher (PvdA) aan de leden van de Tweede Kamer woensdag 5 juli 2017. 

Het chemiebedrijf gezien vanaf de zijde Baanhoekbrug. In algemene zin biedt het civiele recht mogelijkheden voor het bepalen van een eventueel oorzakelijk verband tussen blootstelling en gezondheidsschade in individuele gevallen. (Foto Hans van der Aa / Sliedrecht24)

In het document ‘PFOA en DMAC in de productie van Teflon en Lycra bij DuPont (1964-2012), Nota van Bevindingen – Feitenonderzoek ten behoeve van lessen voor de toekomst’ dat is opgesteld door de Inspectie SZW, staan de resultaten van het uitgevoerde feitenonderzoek.

Kennisgevingseis
Die opgesomde feiten leiden tot zorgen bij (oud-)werknemers. “Dat neemt niet weg dat ik oog heb voor de zorgen van (oud-)werknemers. Ik vind het dan ook belangrijk dat deze (oud-)werknemers inzicht kunnen krijgen in hun bloedwaarden. De Inspectie SZW heeft daarom vorig jaar aan de werkgever een kennisgevingeis uitgedaan, waarin staat dat de werkgever een bloedonderzoek moet aanbieden aan (oud-)werknemers die dit wensen”, schrijft Asscher. 

Geen deel uit
Dit onderzoek is volgens de verantwoordelijke bewindsman methodologisch vergelijkbaar met het (steekproef)onderzoek dat bij omwonenden is gedaan door het RIVM in opdracht van de provincie Zuid-Holland. Asscher: “De werkgever heeft dit onderzoek laten verrichten en, naar ik heb begrepen, in de zomer van 2016 afgerond. De gegevens zijn vanwege het medisch beroepsgeheim alleen voor de (oud-)werknemers zelf beschikbaar en deze maken dan ook geen deel uit van dit feitenonderzoek.”