Crossline-monument aan Albrechtplein voor 36e keer ‘overgedragen’

SLIEDRECHT – Het is een goede traditie rond deze tijd. De overdracht van het Crossline-monument aan het Albrechtplein in wijk Oude Uitbreiding. Woensdagmorgen 13 april 2022 gebeurde dat voor de 36e keer. Sinds 1985 is dit monument geadopteerd door groep 8 van de Henri Dunantschool. Elk jaar dragen de leerlingen van groep 8 deze adoptie over aan de leerlingen van groep 7. Het hele College van B & W was aanwezig.

De kranslegging bij het crossline-monument. De adoptie is vooral symbolisch. De leerlingen leren aan de hand van de geschiedenis en de verhalen van de linie-crossers over de Tweede Wereldoorlog en over deze verzetshelden. Er worden ook gesprekken gevoerd met de kinderen over de betekenis van vrijheid. (Foto Richard van Hoek / Sliedrecht24)

In 2020 was er geen overdracht bij het monument vanwege de coronamaatregelen. Vorig jaar was de bijeenkomst aangepast en nu weer normaal.

Groot gevaar
Burgemeester Jan de Vries (CDA) sprak woensdagmorgen bij het monument. “Natuurlijk ben ik ook ontzettend blij dat we deze herdenking en de mooie traditie van de overdracht van de adoptie van het Crossline monument nu weer zonder beperkingen kunnen organiseren. Door hier met veel mensen samen de liniecrossers te herdenken en door het Crossline monument te adopteren vergeten wij niet hoe moedig de liniecrossers zijn geweest en hoe groot hun bijdrage is geweest aan het verzet en daarmee ook aan de bevrijding van Nederland”, aldus De Vries. De liniecrossers zorgden voor de verbinding tussen Sliedrecht, dat nog bezet was, en het al bevrijde Lage Zwaluwe. De Vries: “Het is haast niet voor te stellen dat zij 374 keer met een kano de oversteek waagden. Dat deden zij met groot gevaar voor hun eigen leven. Wat een moed was hiervoor nodig.”

De Landgraaf
Twee liniecrossers werden opgepakt en werden door de Duitse bezetters verhoord, mishandeld en geëxecuteerd. De Vries: “Vandaag herdenken wij deze en alle andere liniecrossers met diep respect. Eén van de liniecrossers was de Sliedrechter Jan de Landgraaf. Hij was de zoon van wethouder De Landgraaf, naar wie in Sliedrecht ook een straat is vernoemd. Jan was student werktuigbouwkunde voordat hij in aanraking kwam met het verzet. In het verzet werkte hij onder de schuilnaam van Dove Jan. In juli 1944 moest Dove Jan onderduiken en vertrok hij naar de Biesbosch waar hij met andere onderduikers leefde in kleine woonarken en keten. Daar pakten ze Duitsers op en werd hij één van de belangrijkste liniecrossers.” Voor zijn verzetswerk werd Jan de Landgraaf in 1948 onderscheidden met de hoogste onderscheiding, de Militaire Willemsorde.

‘Oorlogspostbode’
Daarna vertelde De Vries nog een persoonlijk verhaal van Aleksandr Bober. Hij gaf motorrijlessen in een buitenwijk van Kiev. “Toen na de oorlogsverklaring van Poetin in de hoofdstad de eerste explosies klonken, besloot hij met zijn vriendin en haar moeder naar Vinnytsia te gaan, een stad op 200 kilometer afstand van Kiev. Hij vertelde aan de NOS zijn verhaal: “Daar dachten we veilig te zijn, maar ook daar werden aanvallen uitgevoerd. Ik heb mijn vriendin  met haar familie naar de grens met Roemenië gebracht en daar achtergelaten. Dat was heel moeilijk, maar ik kon niet anders. Maar ik moest wel, ik moet mijn huis verdedigen.” Bober werkt nu als ‘oorlogspostbode’ voor de Oekraïense strijdkrachten. ” Door hun persoonlijke verhalen beseffen wij nog meer hoe groot de waarde is van onze vrijheid”, sprak De Vries, “Daarom staan wij vandaag hier bij het Crossline monument. Uit groot respect voor de liniecrossers. Ik heb ook respect voor jullie, jongens en meisjes. Door jullie adoptie van het Crossline monument houden jullie de herinneringen aan de liniecrossers levend. Door hen te herinnering koesteren en beschermen wij onze vrede, veiligheid en vrijheid. In Sliedrecht, in Nederland, in Oekraïne, in Europa en overal op deze aarde.”

Plaats een reactie

*=Verplicht veld