Chemiebedrijf Chemours / DuPont met gemeenten om tafel

DORDRECHT / SLIEDRECHT – Chemiebedrijf Chemours / DuPont zit vrijdag 20 april 2018 met de gemeenten Dordrecht, Papendrecht en Sliedrecht om de tafel. Dat is door ingewijden tegen Sliedrecht24 verteld. Enerzijds over de voor de gemeenten en inwoners onacceptabele situatie (zie fotobijschrift) die is ontstaan en nog zal ontstaan, anderzijds over de vergoeding van de schade die de gemeenten vanwege de lozing van PFOA en GenX-stoffen hebben geleden of nog zullen lijden.

De gemeenten Dordrecht, Papendrecht en Sliedrecht stellen de bedrijven Chemours en DuPont aansprakelijk voor de gevolgen van de uitstoot van PFOA en GenX. Daarbij gaat het onder meer om de kosten van diverse gezondheidsonderzoeken. Ook worden Chemours en DuPont aansprakelijk gesteld voor de schade die voortkomt uit de verontreiniging van bodem en oppervlaktewater in de omgeving van het bedrijfsterrein. (Archieffoto Hans van der Aa / Sliedrecht24)

De factuur is door de gemeente Sliedrecht gestuurd en het chemiebedrijf heeft geantwoord deze niet te betalen. “We zijn met ze in gesprek”, zegt woordvoerder Hans Scholten van de gemeente Sliedrecht donderdagmiddag 18 april 2018. Hij wil niet bevestigen dat dit gesprek vrijdag is. 

Geen rechtszaak
Ook in de Tweede Kamer is daar een vraag over gesteld door het kamerlid Cem Laçin (SP). Hij vroeg hoe het stond met het verhalen van de ambtelijke kosten door de gemeenten Sliedrecht, Dordrecht en Papendrecht én of dat er een rechtszaak liep. “Op dit moment loopt er geen rechtszaak. De gemeenten hebben aan het bedrijf kenbaar gemaakt dat zij de door hen gemaakte kosten en nog te maken kosten op het bedrijf willen verhalen. Of het tot een daadwerkelijke rechtszaak komt, is mede afhankelijk van de opstelling van het bedrijf”, schrijft staatssecretaris Stientje van Veldhoven-van der Meer (D66) van Infrastructuur en Waterstaat. 

PFIB-emissie
De vraag van Laçin (SP) maakte deel uit van een reeks vragen over vrijgekomen perfluorisobuteen (PFIB) bij het bedrijf aan de Baanhoekweg in Dordrecht. In 2017 was er naar opgave van DCMR sprake van vier meldingen over situaties waarbij PFIB vrij zou zijn gekomen: donderdag 29 juni, vrijdag 7 en maandag 17 juli en dinsdag 8 augustus. Bij meldingen die gedaan zijn voor donderdag 10 en zondag 13 augustus 2017 bleek bij nader onderzoek geen PFIB te zijn vrijgekomen. In 2018 is er tot nu toe één melding gedaan, met als vriijdag 2 maart. Van Veldhoven: “Los van deze meldingen is in de vergunning van het bedrijf een kleine emissie van PFIB vergund. Deze emissie kan onder andere vrijkomen als de thermal converter (afvalgasverbrander) van het bedrijf uitvalt. Deze situatie heeft zich in 2017 en 2018 vier keer voorgedaan: zondag 2 april en vrijdag 3 november 2017 en vrijdag 26 januari en dinsdag 20 februari 2018. In de vergunning van het bedrijf is voorgeschreven dat de thermal converter een verwerkingsrendement van minimaal 95% heeft. Mocht deze uitvallen, dan is het bedrijf verplicht de productie stil te leggen.”

Nulemissie
Bij het verlenen van een vergunning voor de uitstoot van een zeer zorgwekkende stof (ZZS), zoals PFIB, is volgens Van Veldhoven het uitgangspunt om te streven naar een nulemissie, de minimalisatieverplichting. “Een emissie kan alleen vergund worden als het bedrijf alle redelijke maatregelen treft en onder de voorwaarde dat er geen overschrijding is van het maximaal toelaatbaar risico (MTR). Dit is een voorwaarde die opgenomen is in artikel 2.4 van het Activiteitenbesluit. Door het bevoegd gezag is bij de beoordeling van de vergunningaanvraag geconcludeerd dat de emissie van het bedrijf voldoet aan deze voorwaarde. Daarbij is ook rekening gehouden met de situatie dat de thermal converter uit zou vallen”, antwoordt Van Veldhoven. In 2018, dit jaar dus, wordt de vergunning van het bedrijf helemaal opnieuw doorgenomen (revisie), waaruit een nieuw oordeel moet komen of de nu vergunde emissie nog verder omlaag kan.

1 gedachte over “Chemiebedrijf Chemours / DuPont met gemeenten om tafel”

  1. Voor een tweede therminal converter is tot en de Raad van State geprocedeerd door drs Johan Vollenbroek voor gemeente of Werkgroep Derde Merwedehaven. Dankzij ambtenaren van provincie en die van de OZHZ is die er niet gekomen. De gevolgen komen nu openbaar.

Plaats een reactie

*=Verplicht veld