SLIEDRECHT – Het College van B & W herkent zich niet in de uitlatingen van de Zwijndrechtse wethouder Jos Huizinga in het vakblad Binnenlands Bestuur over de samenwerking in de Drechtsteden. Fractievoorzitter Nico de Jager (SGP-ChristenUnie) stelde een maand vragen na de uitspraken aan het college van B & W. “Wij zijn – met u – van mening, dat de uitlatingen van de heer Huizinga verstorend werken ten aanzien van de solidariteit in de Drechtsteden en een verkeerd beeld geven van de werkelijkheid”, reageert het college dinsdagmiddag 28 augustus 2018.
Het gemeentekantoor van Sliedrecht. “Wij herkennen ons niet in het beeld dat de heer Huizinga schetst. Wij zijn van mening dat we samen in de regio in de afgelopen jaren mooie resultaten hebben geboekt; wij koesteren daarom wat we hebben, maar wij vinden zeker ook dat er ruimte is voor verbetering”, schrijft het college van B & W van de gemeente Sliedrecht in de beantwoording. (© Foto RPAS Peter Donk / Dronetv.nl)
De commissie Deetman heeft volgens het college geen opmerking gemaakt, dat de verhoudingen in de regio veel te ingewikkeld zijn. “De heer Huizinga doet zijn uitspraken op persoonlijke titel. De raad heeft in zijn reactie aan de burgemeester van Dordrecht naar aanleiding van het Berenschotrapport aangegeven, dat in het Drechtstedenmodel “(…) zeker periodiek onderhoud noodzakelijk is en modelmatig aanpassingen gewenst zijn in termen van effectiviteit en efficiency (…), maar (dat) voor ons het huidige democratisch gelegitimeerde model de basis blijft en (dat) we van hieruit het Drechtstedenmodel willen optimaliseren. Het college draagt deze opvatting actief uit, ook in de vergaderingen van de commissie Deetman”, aldus het college.
Solidair geweest
Het college van B & W is van mening – en dat dragen ze zo zeggen ze ook actief uit – dat regionale samenwerking geen “poeierdoos” is waaruit bij wijze van spreken alle voor- en nadelen gelijkmatig
neerdwarrelen over de deelnemende gemeenten. College: “De vraagstukken en bijbehorende oplossingen die we in regionaal verband bespreken en uitvoeren zijn daarvoor (voor het overgrote deel) te veelvormig. Wij proberen op constructieve wijze invulling te geven aan onze gemeenschappelijke opgaven en behartigen daarbij onze belangen; solidariteit vormt daarin een van de uitgangspunten en op de lange termijn moet deze (redelijk) evenwichtig zijn. Zo zijn wij solidair geweest bij de herstructurering van Dordtse wijken in het vorige decennium en zijn bewoners uit die wijken gefaciliteerd om te verhuizen naar onder meer Sliedrecht; Dordrecht heeft in diezelfde periode bijvoorbeeld (culturele) voorzieningen gecreëerd – en daarmee de aantrekkelijkheid van de regio versterkt – en heeft die in exploitatie zonder de rekening daarvan bij de omliggende gemeenten te leggen. Dit zijn onvergelijkbare grootheden die aangeven dat solidariteit een complex begrip is. Het beoordelen daarvan vergt dossierkennis en meerjarige ervaring.”