BILTHOVEN / SLIEDRECHT – Het gerucht deed al even de ronde, maar is nu bevestigd. Het bloedonderzoek naar PFOA (C8) van het RIVM in Bilthoven wordt niet in april, maar in mei 2017 verwacht. Dat schrijft dinsdag 4 april 2017 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland aan de fracties van Provinciale Staten
De uitkomsten van het steekproefonderzoek PFOA en het literatuuronderzoek worden naar verwachting in mei 2017 gepubliceerd. (Archieffoto Sliedrecht24)
Gedeputeerde Floor Vermeulen (VVD) doet uitgebreid verslag van de stand van zaken. Ook wat betreft de stof GenX, de dwangsom en het gesprek met Chemours.
Rapporten
De provincie is opdrachtgever voor het steekproefonderzoek door het RIVM onder omwonenden. Vermeulen: “Dit onderzoek richt zich op de validatie van het door RIVM in het rapport van 24 maart 2016 gebruikte rekenmodel. Ook het ministerie van lnfrastructuur en Milieu heeft aan het RIVM een opdracht verleend. Deze opdracht richt zich op de evaluatie van de beschikbare gezondheidskundige literatuur over de mogelijke effecten van PFOA op de humane gezondheid. Naar verwachting worden beide rapporten in mei 2017 gepubliceerd en aan Provinciale Staten aangeboden.”
Aanvullende informatie nodig
Half december 2016 ging het RIVM rapport’Evaluation of substances used in the GenX technology by Chemours, Dordrecht’ naar Provinciale Staten. Uit de rapportage blijkt dat er onduidelijkheid is over de eigenschappen van de GenX componenten FRD-903 en E1. Gedeputeerde Floor Vermeulen schrijft dinsdag aan Provinciale Staten: “Dit was voor de provincie aanleiding om in te grijpen in de revisievergunning uit 2013. Met onze brieven van 1 januari 2017 en 24 februari 2017 bent u geTnformeerd over de voorgenomen ambtshalve wijziging van de vergunning van het bedrijf Chemours om de emissie van FRD-903 en E1 te reduceren. Zolang er niet meer duidelijkheid gegeven kan worden over alle eigenschappen van de GenX componenten FRD-903 en E1 blijven wij ons maximaal inspannen om, in nauw overleg met gemeenten, waterschap en het ministerie van lnfrastructuur en Milieu, de emissie van deze stoffen in te perken. Hiermee neemt de provincie Zuid-Holland maatregelen vanuit haar verantwoordelijkheid als bevoegd gezag.” Op de vrijdag 6 januari 2017 gepubliceerde ontwerpbeschikking is door diverse belanghebbenden en wettelijke adviseurs gereageerd. De ontvangen zienswijzen en adviezen geven volgens Vermeulen aanleiding tot het opvragen van aanvullende informatie bij Chemours, waardoor de procedure langer loopt dan eerder aan u gemeld. “Na ontvangst van alle opgevraagde informatie zal de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (OZHZ) naar verwachting eind april een besluit nemen en publiceren. Belanghebbenden hebben de mogelijkheid van bezwaar en beroep tegen dit besluit hetgeen gevolgen kan hebben voor de inwerkingtreding van de ambtshalve wijziging.
Dwangsom
Gedeputeerde Staten (GS) hebben naar aanleiding van het formaldehyde incident in de Delrin fabriek aan zowel vergunninghouder Chemours als aan DuPont als exploitant van de Delrin fabriek een last onder dwangsom opgelegd gericht op het zo spoedig mogelijk melden van ongewone voorvallen. “Op 11 oktober 2016 bent u hierover geïnformeerd door gedeputeerde Janssen. Chemours heeft bezwaar gemaakt tegen de opgelegde last onder dwangsom en de voorzieningenrechter gevraagd het besluit te schorsen. Op I maart 2017 heeft. de rechter uitspraak gedaan en het aan Chemours opgelegde dwangsombesluit geschorst. Ondanks de schorsing van de aan Chemours opgelegde dwangsom blijft de aan DuPont opgelegde dwangsom onveranderd in werking. GS blijven onverminderd van mening dat Chemours als vergunninghouder een verantwoordelijkheid draagt voor de gehele inrichting inclusief de installaties van DuPont. Daarom zullen GS in de lopende bezwaarprocedure opnieuw motiveren waarom zijvan mening zijn dat Chemours verantwoordelijkheid draagt voor de gehele inrichting. Na behandeling van het bezwaar en ontvangst van het advies van de Awb bezwarencommissie zullen GS een nieuw besluit nemen. Aangezien deze procedure tijd vergt en wij alles in het werk willen stellen om herhaling van de overtreding te voorkomen, zullen wij de voorzieningenrechter in april 2017 verzoeken de schorsing op te heffen”, aldus Vermeulen in het schrijven.
Herstel vertrouwen gewenst
Op 17 februari 2017 hebben wij een gesprek gehad met de heer Kirsch, president van de Chemours Company en eindverantwoordelijk voor de activiteiten van Chemours in Dordrecht. Vermeulen: “ln het gesprek hebben wij aangedrongen op een concrete uitwerking van het door Chemours aangekondigde vier-puntenplan. Onderdeel hiervan is de aanvraag van een revisievergunning en een splitsing van de vergunning tussen Chemours en DuPont. Chemours heeft eerder de verwachting gewekt dat in 2017 een definitieve aanvraag voor een revisievergunning ingediend zal worden. ln de laatste voorlopige planning zoals door Chemours gepresenteerd aan OZHZ is de vergunningaanvraag echter pas voorzien in het eerste kwartaal van 2018. Het huidige stelsel biedt het Wabo bevoegd geen instrumenten om een revisievergunning af te dwingen. Wij hebben Chemours erop gewezen dat het niet nakomen van eerder gewekte verwachtingen niet bijdraagt aan het door het bedrijf gewenste herstel van vertrouwen. Wij zullen er ook bij de heer Kirsch nogmaals op aandringen dat Chemours haar verantwoordelijkheid neemt en alles in het werk stelt om nog in 2017 een definitieve aanvraag voor een revisievergunning in te kunnen dienen. Ook in het kader van de revisieprocedure zullen wij ons, binnen de wettelijke mogelijkheden, onverminderd blijven inzetten voor een verdere reductie van de emissies naar water en lucht.”
Natuurlijk…. Was al een bang vermoeden!