Column: Kopstukken en lokale journalistiek

Woensdag 21 maart 2018 zijn de gemeenteraadsverkiezingen. Hoe sterk ben je als je als politieke partij in de aanloop naar die verkiezingen landelijke kopstukken naar je dorp haalt? Niet sterk is mijn directe antwoord.

Waarom zou je als CDA Buma, als D66 Pechtold of als PvdA Asscher naar Sliedrecht halen? Fractievoorzitters van de Tweede Kamer zou je niet nodig moeten hebben. Veel politieke partijen die landelijk actief zijn, zien de komst van een meerdere als extra steun, misschien als stemmen- of publiekstrekker. En de fractievoorzitters bemoeien zich ook graag nog met de lokale verkiezingen, dus komen zeker na een uitnodiging.

Ik vind de politici in het dorp allemaal staan voor de lokale democratie. Zij kunnen het echt zelf, ieder met hun eigen achtergrond en politieke kleur. Zij hebben echt die landelijke politici niet nodig. Of speelt er wat anders? Komen die lokale politici te weinig in beeld, doordat er niet voldoende lokale media is?

“Door gebrek aan onafhankelijke, lokale journalistiek, blijft de burger matig geïnformeerd achter. De lokale democratie functioneert pas werkelijk als u als burger niet alleen beschikt over een stem, maar ook een idee heeft op wie u die stem wilt uitbrengen. Daarvoor is een actieve lokale journalistiek noodzakelijk, die met onafhankelijke bril informeert en controleert. Digitaal is op een enkele witte raaf na geen serieus alternatief opgestaan. In de gemiddelde Nederlandse gemeente ontbreekt het eenvoudigweg aan menskracht om redelijkerwijs de politieke agenda te volgen, thema’s die in wijken spelen te signaleren en de handel en wandel van gemeente, politici en lokale organisaties volwaardig te monitoren. En daarbij een behapbare en relevante selectie presenteert aan haar lokale publiek. Dat leidt ertoe dat in veel gemeenten de stemmer zich straks vooral zal oriënteren op basis van de standpunten van de landelijke partijen of, zich hiertegen afzettend, juist een lokale partij kiest.” Einde citaat van Thomas Bruning, algemeen secretaris van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NvJ) vrijdag 9 februari 2018 in een opinie-artikel de Volkskrant.

Ik denk inderdaad dat Bruning hier een gevoelige snaar raakt. Sliedrecht24 is niet zelden alleen aanwezig bij cruciale vergadering van de raad of zoals vrijdag 9 februari 2018 als enige bij de presentatie van het Centraal Stembureau op het gemeentekantoor in Sliedrecht. Hardop sprak ik de woorden tegen onze burgemeester Bram van Hemmen (CDA):  ‘Waar zijn de collega journalisten?’ Die waren er niet. 

Je zou toch bijna denken dat je als journalist een foute inschatting hebt gemaakt. Niets, is minder waar! Media horen geen weekend te hebben en je hoort 24/7 bovenop nieuws te zitten. ok, is mijn mening. Als je dat alleen niet kan dan moet je het goed organiseren. 

De lokale journalistiek wordt door media verwaarloosd en de controletaak verdwijnt. Ook hier in Sliedrecht! Terwijl je juist de luis in de pels moet zijn, zaken moet volgen, soms weleens met een gestrekt been erin moet gaan en moet vragen, vragen, vragen… vragen stellen. Wees maar eens niet zo braaf. Wij hangen dagelijks ‘aan de bel’ bij communicatie van de gemeente Sliedrecht. Daar zijn ze voor tenslotte! 

Wij mogen dan blij zijn dat ‘de concurrent’ wegblijft, maar eigenlijk is het waardeloos. Het laat de desinteresse, het geldgebrek, gebrek aan voldoende (gekwalificeerde) journalisten zien. Geld is een voorname factor! Gebrek leidt tot het maken van keuzes. Waarom is het zo belangrijk? Om met Bruning te spreken: “Lokale journalistiek is de zuurstof die een florerende gemeenschap nodig heeft. Om ervoor te zorgen dat burgers zich verbonden, gehoord en geïnformeerd voelen.” 

Bruning roept ook lokale overheden op om de lokale journalistiek financieel te steunen. Dat heeft twee kanten. Mooi natuurlijk, geld hiervoor vrijmaken. Het beperkt je meteen in je onafhankelijkheid. De eigen broek ophouden, is in mijn ogen het belangrijkste. 

Peter Donk
Redactie Sliedrecht24

Let op! Een column bevat altijd een mening. Dit artikel staat dan ook op de pagina Opinie. Elke lezer mag een column aandragen (let op de column is echt een column en geen ingezonden brief).

2 gedachten over “Column: Kopstukken en lokale journalistiek”

  1. Ik ben het in grote lijnen wel met Peter Donk eens en goed dat het ook eens uitgesproken wordt, want Peter zit inderdaad bij elke raadsvergadering op de publieke tribune om daarna verslag te doen van het politieke “wel-en-wee” in Sliedrecht.
    Hetzelfde onderwerp, dat landelijke politici zich minder moeten bemoeien met de lokale politiek, komt (gedeeltelijk) ook ter sprake in een prachtige column, die Jennifer Lanser vandaag heeft gepubliceerd.

    Zij gaat zelfs nog iets verder met een “tijdelijk uitreisverbod voor Haagse politici” om reden dat – en ik citeer haar – “Bij lokale verkiezingen gaat het om het scheppen van parkeerplaatsen bij de buurtsuper, de bouw van een sporthal, de coffeeshop of de afschaffing van de hondenbelasting. Niet over ras, IQ, het klimaat of discriminatie. Wat mij betreft krijgen alle Haagse politici een half jaar rondom de gemeenteraadsverkiezingen een uitreisverbod, ja ook die van de PvdA”.

    Haar column is geen simpel pro-PvdA stukkie en het lezen meer dan waard en staat op de politieke pagina van Jennifer’s partij op deze website van Sliedrecht24, die – als enige – een speciale plaats voor een heel mooi “plaatselijk politiek platform” hebben ingeruimd.

  2. De vraag is, of de andere (papieren)media, die in ons dorp verschijnen wel bedoeld zijn
    om onafhankelijke journalistiek “te bedrijven”? Of dat nu “De Merwestreek” is, of “Kompas Sliedrecht”. Zijn genoemde media, en wellicht ook andere soortgelijke, er niet primair voor
    adverteerders en consumenten? En, afhankelijk van de advertentie inkomsten als voornaamste bron van hun blad als zij zijn, hoe onafhankelijk kunnen deze journalisten zijn?
    Er is naar mijn mening trouwens een kwalitatief verschil tussen een journalist en een verslaggever.

    De papieren media, die in ons dorp wekelijk verschijnen, zijn primair advertentiebladen, die een zo groot mogelijk bereik willen hebben. Plaatsing van (betaald) gemeentenieuws werkt daar aan mee.
    Aardige andere informatie, ik lees ze zelf vaak met plezier, geeft er een toegevoegde waarde aan.
    Allerlei non-profit instellingen kunnen en mogen er hun nieuws in kwijt. Dat is mooi.
    Helemaal niks mis mee. Totdat……. een adverteerder een medium vindt, waarmee zijn doelgroep nog beter wordt bereikt. Ik veronderstel, dat voor wat betreft de redactionele inhoud van genoemde media de “broodheer”, de adverteerder, op de eerste plaats komt.

    Ja, Sliedrecht24 heeft, noodzakelijkerwijze neem ik aan, ook adverteerders.
    Maar het is geen advertentieblad, geen advertentie website.
    En dat moet vooral zo blijven!
    Dan is onafhankelijke journalistiek beter gewaarborgd.
    En……. “doelgroepzoekers”: hier is uw kans om informatie te verspreiden naar uw doelgroep.

Plaats een reactie

*=Verplicht veld