SLIEDRECHT – Burgemeester Bram van Hemmen (CDA) kwam dinsdagavond 26 maart 2019 met wat context toen het punt ‘Toekomst regionale samenwerking Drechtsteden’ in de oordeelsvormende vergadering aan de orde kwam. “De huidige samenwerking heeft niet de gewenste doorzettingskracht om echt meters te maken. Al maakt de huidige Gemeenschappelijk Regeling veel goed, maar er zijn toch knelpunten. Soms is het eindeloos polderen. De zeven gemeenten moeten wel op één lijn zitten. Dat kost energie. Soms is het systeem leidend boven de inhoud. Soms kan het simpeler en dan zie je dat het systeem ons in de weg zit. Dit is een kans om het een stap verder te zetten”, aldus Van Hemmen. Hij omschreef het als een hobbelig traject met teleurstellingen. Het verdiende volgens de eerste burger niet de schoonheidsprijs.
Van Hemmen had de behoefte om de context te geven. (Foto Peter Donk / Sliedrecht24)
Enkele opmerkingen werden gemaakt vanuit de raad als of ‘Van Hemmen sturing zou geven’ met deze inleiding. Raadslid Gerrit Venis )(PRO Sliedrecht) merkte op dat elke burgemeester dit in zijn gemeente doet. Van Hemmen nam daar afstand van. “Tegelijkertijd is er wel contact, maar dat heeft u als raden ook”, aldus Van Hemmen.
Meerwaarde
Fractievoorzitter Cees Paas (SGP-ChristenUnie) stelde achteraf vast de inleiding niet nodig te hebben gevonden. “We constateren echter dat de huidige gesprekken vooral een schaamlap zijn om het gebrek aan uitvoering te maskeren. En dat meneer de voorzitter is iets waar onze fractie keer op keer voor heeft gewaarschuwd. De succesvolle lobby voor de verbreding van de A15 waar Sliedrecht groot belang bij heeft, was niet zo succesvol geweest als onze wethouder dat had moeten doen vanuit Sliedrecht. Dit is een mooi voorbeeld van de meerwaarde van de regio. Samenwerken is ook solidair zijn en samen de schouders onder moeilijke vraagstukken zetten. Op het sociaal domein laten we zien dat we dat kunnen, hoewel dat ook soms schuurt aan lokale wensen en ideeën. Binnen de samenwerking moet daarom ruimte blijven voor maatwerk. Een derde belangrijk kenmerk binnen de samenwerking is gelijkwaardigheid. Zeven partners die op gelijkwaardige basis werken aan de regio, waarbij het besef is dat iedereen er op vooruitgaat en iedereen ook regionale belangen soms moet laten prevaleren boven lokaal belang”, sprak Paas.
Drechtstad
Grondgedachte hierbij is volgens Paas dat lokale raden besluiten over wat er lokaal én regionaal wordt vastgesteld. {aas: “Eén Drechtstad past absoluut niet binnen dit uitgangspunt.We moeten echter constateren dat bij de lokale raden wel de grip verdween en het gevoel ontstond en werd bevestigd dat besluitvorming niet meer lokaal maar regionaal plaatsvond, en dat is geen prettig gevoel. Als het gaat om de toekomst van de samenwerking is dat een belangrijk punt wat voor op dient te staan samen met eerder genoemde punten kom ik dan tot de volgende samenvatting wat voor de SGP-ChristenUnie van belang is lokale besluitvorming gevolgd door regionale vaststelling, lokale verantwoording van wethouders – regionale verantwoording door DSB, solidariteit en gelijkwaardigheid en uitvoering van de vastgestelde regionale visies. Als we kijken naar het voorliggende raadsvoorstel komen deze punten er niet genoeg in naar voren.”
Amendement
De rol van de gemeenteraad, zelfs bij het vaststellen van de uitvoeringsplannen, wordt volgens Paas niet eens meer genoemd. “De regionale vaststelling van regionale visies wordt niet genoemd. En de verantwoording van lokale wethouders én de regionale kartrekkers is onvoldoende geborgd. Reden genoeg om tegen het voorstel te stemmen. Maar meneer de voorzitter een tegenstem zou alleen maar tegenstellingen vergroten. Iets wat niet bevorderlijk is als je wilt samenwerken. Na maanden onderzoeken van Berenschot en bijeenkomsten van de commissie Deetman waaruit een resultaat rolde waar grote verdeeldheid over bestaat is het gelukt om als raadsleden binnen 2 weken een grote consensus te vinden over hoe de samenwerking aan de toekomst van de Drechtsteden er uit zou moeten zien. Deze consensus is vertaald in een amendement. Wat bij de verschillende gemeentes zal worden ingebracht om het besluit aan te passen. Dit amendement wil ik dan ook indienen en een groot aantal raadsleden met mij”, bracht Paas in de gemeenteraad. Ook kwam er een motie gericht aan het college om samen op te trekken met raad.
Ernstig gefrustreerd
Af en toe hoorde je volgens fractievoorzitter Frank Dunsbergen (CDA) iets voorbij komen in de wandelgangen. “Over vermoeiende bijeenkomsten onder strak toeziend oog van de heer Deetman. Blijkbaar waren die sessies zo uitputtend dat van uitvoering geen sprake meer kon zijn. De hele Drechtstedensamenwerking op zijn gat. Ondanks de oproep van de Drechtraad in maart 2018 om gewoon aan de slag te gaan met een Drechtstedenbestuur om te werken aan de Groeiagenda, is het afgelopen jaar niks uitgevoerd. Niet op de thema’s wonen, werken en bereikbaarheid in ieder geval. Als ik terugkijk, is het geen mooi gezicht. Ik zie wethouders en burgemeesters met hun tongen op de grond, raadsleden die ernstig gefrustreerd zijn, omdat hun stem niet eerder is gehoord; en samenwerking tussen gemeenten die er niet beter op geworden is. Ook kunnen we vaststellen dat van uitvoering van de Groeiagenda geen sprake is geweest. Stuk voor stuk zeer kwalijke ontwikkelingen. Samengevat verdient het proces om te komen tot deze eindnotitie zeker geen schoonheidsprijs”, aldus Dunsbergen, “Het is nu tijd dat wij vooral weer wat gaan doen. En om eerlijk te zijn, het CDA is nog steeds niet helemaal overtuigd.” Het CDA kon zich wel vinden in het op tafel gelegde amendement.
Kritiek
“Het is best wollig”, concludeerde raadslid Gerrit Venis (PRO Sliedrecht) over het eindrapport van de Commissie Deetman. Ook had Venis geen goed woord over over ‘wethouder J.H. te Z.’ en zijn uitspraken over o.a. sociale in Sliedrecht. “Leeg” is voor PRO Sliedrecht geen samenwerking en dus ook geen slagkracht.” Fractievoorzitter Anton van Rees (PvdA) vond dat het rapport Deetman de regio wel in beroering heeft gebracht. Ook Van Rees voelde zich voor het blok en regelmatig buiten positie gesteld. “De afgelopen weken heeft aangetoond dat de rol tot regionale samenwerking er is”, aldus Van Rees.
Onstuitbare aandrang
Burgerraadslid Gert Jongeneel (Slydregt.NU) kwam met in zijn maidenspeech met de gelijkenis met het bekende sprookje van Hans Cristian Andersen Jongeneel: “Feitelijk wordt er gewoon een projectorganisatie in het leven geroepen. Professor Boogers (Universiteit Twente) heeft dit reeds eerder geadviseerd bij gelegenheid van het twaalf en halfjarige bestaan van Drechtsteden. Slydregt.NU heeft hier niets op tegen en juicht het initiatief uitdrukkelijk toe. Slydregt.NU heeft wel bezwaren tegen de schier onstuitbare aandrang om een projectorganisatie met een strategisch doel geheel onnodig te verpakken in het zogenaamde “Model Drechtsteden”.
Geen rol
Slydregt.NU heeft gekozen voor optie 4: “Het ontvlechten van het model” Slydregt.NU is nog steeds van mening dat dit de beste oplossing is. “Er kan dan door de gemeenten een “shared service” centrum in combinatie met een projectorganisatie in het leven worden geroepen. Bij het shared service centrum kan de gemeente naar believen diensten afnemen tegen marktconforme prijzen en de projectorganisatie kan zich richten op beeldvorming betreffende strategische doelen in de regio”, sprak Jongeneel, “Het amendement rekent niet af met de gekunstelde constructie en tracht de positie van het Drechtstedenbestuur en de Drechtraad zelfs te versterken. De initiatiefnemers zien over het hoofd dat bij de strategische projecten de gemeenten zelf hun operationale bijdrage leveren hun operationele bijdrage leveren en de gemeenteraad hier bij uitsluiting op toeziet. Er is hier geen rol voor het Drechtstedenbestuur en/of de Drechtraad weggelegd. De onmogelijk constructie leidt tot de reeds genoemde bezwaren van het “Model Drechtsteden” zoals bestuurlijke drukte, ineffectiviteit en inefficiëntie met als gevolg onnodige kosten.” Ten overvloede wees Slydregt.NU op het volgens hen merkwaardige verschijnsel dat de Drechtraad kennelijk toezicht op haar eigen leden als raadslid in de gemeenteraad wil gaan uitoefenen. “In het kader van “Good Governance” moet het toezicht op zijn minst door onafhankelijke partijen worden uitgeoefend. De Drechtraad weet geen raad met haar eigen rol. Dit bewijzen de vier amendementen in diverse variaties en ten slotte nog een motie.”
Brief
Ook de Commissaris van de Koning onderschrijft het rapport van de Voorbereidingscommissie Toekomst Regionale Samenwerking Drechtsteden. Jongeneel: “Jammer is dat hij zijn persoonlijke mening betreffende één Drechtstad in het rapport toch weer moet laten doorschemeren. Kennelijk is het in Den Haag nog niet doorgedrongen dat hier geen steun voor kan worden gevonden in de regio. Dit staat juist in het door hem zo onderschreven rapport van de Voorbereidingscommissie. Slydregt.NU ziet niet in dat de Drechtstedensamenwerking slechts vorm zou kunnen worden gegeven in één Drechtstad. Er zijn publiekrechtelijk en civielrechtelijk immers tal van organisaties, die zeer wel als gesprekspartner voor de overheid optreden. Wat wel aanspreekt is de door hem genoemde noodzaak tot samenwerking met de maatschappelijke partners alsmede de implementatie van Triple Helix-samenwerking. Ten overvloede wijst hij op de samenwerking met de omgeving en noemt: Gorinchem, Zuid-Holland Zuid, Rotterdam en Breda.” Slydregt.NU steunt samenwerking in een lichte projectorganisatie ter realisatie van strategische doelen met dien verstande dat de gemeente zelf haar aandeel levert en is tegen het gekunstelde inbouwen van de projectorganisatie in het “Model Drechtsteden” met de geschetste kostenverhogende effecten. Jongeneel kreeg een applaus na de maidenspeech. Fractievoorzitter René de Munck (D66) maakte kort duidelijk zich niet te kunnen vinden in woordvoering door Slydregt.NU en PRO Sliedrecht.
Moeilijk kans van slagen
De VVD heeft het idee dat er powerplay wordt gespeeld vanuit Dordrecht. Fractievoorzitter Roelant Bijderwieden (VVD): “We hebben sterk het idee dat Dordrecht moeite heeft met het model dat opgericht is en uitgebouwd door de voorgangers van Kolff, de heer Bandel en Brok. Over de inhoud van het rapport kunnen we kort zijn. We hebben op een aantal fronten een andere mening en een andere kijk. In grote lijn kunnen we stellen dat alles wat we gemeenschappelijk doen in uitvoering op het sociale domein, we prima op afstand zouden kunnen doen. In de afgelopen 4 jaar is er binnen de Drechtsteden alleen maar gesproken over extra financiële mogelijkheden en middelen en zijn urenlange vergaderingen geweest over het verschuiven van halve procenten binnen het sociale domein. Met de opgave die er ligt om miljoenen te moeten gaan bezuinigen in de komende jaren, heeft dit dossier naar onze mening moeilijk kans van slagen in de vorm van het nieuwe voorstel. Daar komt spanning op, in de uitvoering en dat gaat straks ten koste van de waarde die we gezamenlijk hebben. We maken ons zorgen over het verschuiven van budgetten. We zijn niet tegen verandering, beweging brengt mogelijkheden met zich mee.
We zijn kritisch om toegevoegde waarde afsteken breken en een leegte achter te laten.”
Bedenkelijk
De liberalen vinden daarom ook dat de groeiagenda niet op afstand gezet moet worden. “Het is naar onze mening het gewicht dat groter is dan de optelsommen de afzonderlijke gemeenten. Het dossier, waarbij we meedoen in de provincie en het rijk. Het dossier waarmee we de groei willlen realiseren in de Drechtsteden op gebied van wonen, werken en leven, daar is de bereikbaarheid van levensbelang. In het voorstel wordt dit op afstand gezet van de raden en van de Drechtraad. Juist daar moeten we elkaar in de Drechtsteden ontmoeten en delen hoe we deze groei realiseren. Dat kunnen we eenvoudigweg niet vanuit onze zetels hier in deze raad. Hoe kijkt het college op het proces zoals het is verlopen? Daarom voorzitter zullen we meewerken aan het amendement dat in vele gemeenten wordt op ingediend om de raad beter aan zet te laten op het dossier groeiagenda. We vinden het bedenkelijk dat we een jaar onderweg zijn en dat er naar ons gevoel niets gebeurd is, omdat er heel veel gesproken werd”, aldus Bijderwieden.”