SLIEDRECHT – De gemeente Sliedrecht zegt onvolledig te zijn geïnformeerd te zijn door de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (OZHZ) over de verplaatsing van grond van het Land van Matena naar stukken landbouwgrond van eigenaar Jan Vink in Sliedrecht-Noord. Dat blijkt uit een College Informatiebrief (CIB), die wethouder Hannie Visser-Schlieker (PRO Sliedrecht) met protefeuille Chemours woensdag 1 augustus 2018 heeft verspreid naar de leden van de gemeenteraad.
In mei 2018 heeft een transport van PFOA houdende grond plaatsgevonden vanuit het project Land van Matena in Papendrecht naar de locatie Vink in Sliedrecht. (© Archieffoto RPAS Peter Donk / Sliedrecht24)
Raadslid Gerrit Venis (PRO Sliedrecht) heeft in de raadsvergadering van 19 juni 2018 mondelinge vragen gesteld over de precieze herkomst van de partij grond en uit welke zone deze afkomstig is. Wethouder Visser: “Op grond van de informatie die wij op dat moment van de Omgevingsdienst hebben ontvangen is toen geantwoord dat de grond oorspronkelijk afkomstig is uit zone 2 en dat, op basis van de bodemonderzoeken, gegarandeerd kan worden dat de kwaliteit van de grond past bij deze zone. Omdat er naar aanleiding van de raadsvragen, ook bij ons, toch nog onduidelijkheid was rond de zonering is de OZHZ om opheldering gevraagd (Land van Matena ligt immers in het grensgebied van zone 2 en 3 – red.). Daaruit is gebleken dat de Omgevingsdienst onvolledig is geweest in hun informatie richting de gemeente.”
Kwalijk
Samengevat komt de verplaatste grond oorspronkelijk uit zone 2. Omwille van het voorbelasten van het project Land van Matena is deze de afgelopen jaren daar naar toe verplaatst. “Wat echter nu pas duidelijk is gemaakt, en hiervoor niet is gemeld door de Omgevingsdienst, is dat de tijdelijke locatie van de grond in zone 3 lag. De Omgevingsdienst geeft toe dat dit direct gemeld had moeten worden en dat dit nu tot verwarring heeft geleid. Zij betreuren deze gang van zaken”, aldus Visser. De Omgevingsdienst benadrukt volgens haar dat bij grondverzet de oorspronkelijke en niet de tijdelijke locatie leidend is wat betreft wet- en regelgeving. In dit geval dus zone 2. Ook gezien de kwaliteit van de grond ten aanzien van de concentratie PFOA is het transport daarom conform de regels gegaan. Visser: “Wij vinden het uiteraard kwalijk dat wij niet vanaf het eerste moment goed zijn geïnformeerd en daarom pas in dit stadium uw raad volledig kunnen informeren. Wij hebben de Omgevingsdienst hier dan ook op aangesproken en duidelijk gemaakt dat dit niet acceptabel is en niet nogmaals kan gebeuren.”
Volgens Wikipedia… “Bij het voorbelasten wordt vooraf de te verwachten zetting berekend. Op basis daarvan wordt een bepaalde hoeveelheid zand of grond boven op het maaiveld aangebracht om de zetting te versnellen. Met behulp van zakbaken wordt het verloop van de zetting gemeten. Zodra de berekende zetting bereikt is, kan de voorbelasting weer verwijderd worden. Indien de gemeten zetting (in de tijd gemeten) afwijkt van de berekende zetting dan kan dit aanleiding zijn om de voorbelasting langer of korter aanwezig te laten.
Onze vraag… voorbelasten doe je toch met zand en niet met klei/veen?
Citaat ” Samengevat komt de verplaatste grond oorspronkelijk uit zone 2. Omwille van het voorbelasten van het project Land van Matena is deze de afgelopen jaren daar naar toe verplaatst. “Wat echter nu pas duidelijk is gemaakt, en hiervoor niet is gemeld door de Omgevingsdienst, is dat de tijdelijke locatie van de grond in zone 3 lag. De Omgevingsdienst geeft toe dat dit direct gemeld had moeten worden en dat dit nu tot verwarring heeft geleid… Einde citaat. Maar waarom kan ik de OZHZ niet gewoon op hun woord geloven en waaruit blijkt dat die grond inderdaad van een locatie komt waar geen bovenvervuiling zit in de categorie zoals op locatie 3? Ik vertrouw geen enkele instantie meer als ik zie hoe met belangrijke informatie wordt omgegaan.. Wat een stel mislukkelingen moeten onze veiligheid in de gaten houden…… Er wordt gespeeld met alles en iedereen, zo is mijn overtuiging…..