SLIEDRECHT – Weer heeft lokale partij PRO Sliedrecht vragen aan het College van B & W gesteld over de actieve informatieplicht richting de gemeenteraad. Dat gebeurde begin deze maand ook al. En dat was niet de eerste keer. Sinds het besluit in 2010 hamert PRO Sliedrecht op de uitvoering ervan richting de raadsleden van de politieke partijen.
Raadslid Maria Stam-Smeets (PRO Sliedrecht) diende de vragen in. (Foto gemeente Sliedrecht)
Na de beantwoording van vrijdag 3 april 2020 op gestelde technische vragen over de actieve informatieplicht zit de partij nog met vragen. “Is onze waarneming juist dat de College Informatiebrief over de maatregelen is verzonden, nadat onze beantwoording is verstuurd? Mogen wij uit uw antwoorden opmaken dat het Handvest Actieve Informatieplicht geheel buiten werking is zolang de Noodverordening van toepassing is?”, vraagt raadslid Maria Stam-Smeets (PRO Sliedrecht) aan het college.
Meer vragen
De verantwoording van de artikelen 5 tot en met 9 Wet Openbare Manifestaties liggen nu bij de voorzitter van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. Stam wil van het college horen of ze kunnen waarom dat niet de gemeentelijke website is aangegeven. Stam: “Of is het nog steeds zo dat de melding moet worden gedaan bij het College van N & W in Sliedrecht.Is al aan te geven wanneer wij het schriftelijk verslag bedoeld in Artikel 40 lid 1 Wet Veiligheidsregio’s zullen ontvangen? Op welke wijze gaat u de raad faciliteren in haar verdere uitoefening van haar taak, zoals bedoeld in artikel 40 lid 3 en 4 Wet Veiligheidsregio’s?”
De verantwoording van de artikelen 5 tot en met 9 Wet Openbare Manifestaties liggen nu bij de voorzitter van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. Stam wil van het college horen of ze kunnen waarom dat niet de gemeentelijke website is aangegeven. Stam: “Of is het nog steeds zo dat de melding moet worden gedaan bij het College van N & W in Sliedrecht.Is al aan te geven wanneer wij het schriftelijk verslag bedoeld in Artikel 40 lid 1 Wet Veiligheidsregio’s zullen ontvangen? Op welke wijze gaat u de raad faciliteren in haar verdere uitoefening van haar taak, zoals bedoeld in artikel 40 lid 3 en 4 Wet Veiligheidsregio’s?”