INGEZONDEN BRIEF: Ons huis

Eigenlijk kan het zo niet meer: al die MP’s, die dicht opeen gepakt in hun oude bankjes in het Britse Lagerhuis, het land zitten te besturen. De gemiddelde Britse ambtenaar heeft een beter werkplek, denk ik.

Het raadhuis aan het Dr. Langeveldplein is de laatste weken onderwerp van gesprek. Duidelijk is dat plannen rond dit gebouw veel inwoners van Sliedrecht raken. (Foto Martin Dekker / Sliedrecht24)

Niettemin is er geen enkele zichzelf respecterende Brit die zou bedenken – laat staan voorstellen – om het Britse parlement in een eigentijdse en meer gerieflijke vergaderaccommodatie te laten vergaderen. Het Lagerhuis vergadert daar al sinds 1265, en als de MP’s van weleer daar zonder goede verlichting en verwarming allerlei verstandige besluiten hebben kunnen nemen, waarmee het Verenigd Koninkrijk en het Gemene Best met succes is opgestoten in de vaart der volkeren, dan is die vergaderzaal zeker goed genoeg voor de hedendaagse Britse parlementariër.

In Nederland zijn we veel minder traditioneel. Zonder veel omhaal hebben we de oude vergaderzaal van de Tweede Kamer, waar ons parlement al sinds het begin van ons koninkrijk in 1815 vergaderde, verruild voor een nieuwe en veel grotere vergaderzaal. Sedertdien zitten onze parlementariërs heel comfortabel in grote blauw-lederen draaifauteuils hun twitteraccounts bij te werken. De oude zaal is nu – ontdaan van het oorspronkelijk meubilair – een soort attractie voor toeristen geworden.

Wij ruilen – anders dan de Britten – onze spaarzame traditie heel gemakkelijk in voor een beetje comfort. We winnen comfort, maar we betalen met onze traditie. Het gemak waarmee we dat doen is ook de reden waarom we in Nederland nauwelijks nog tradities hebben. Maar tradities hebben ook een functie. Ze verbinden de mensen in een samenleving, en verstevigen daarmee identiteit en eigenheid. In het geval waarin gezagdragers met tradities zijn omgeven, verschaffen ze bovendien een zekere waardigheid waarmee de rol van de gezagdrager wordt benadrukt. En dat kan soms heel functioneel zijn.

Hier in Sliedrecht staan we nu op het punt om, net als we dat in 1992 met de oude tweede kamer hebben gedaan, ons raadhuis van de hand te doen, zodat we de gemeenteraad straks ergens in een eigentijdse en comfortabele vergaderaccommodatie kunnen huisvesten. Het Sliedrechtse raadhuis fungeert al bijna 100 jaar als de zetel van ons dorpsbestuur. Er is in ons raadhuis misschien geen geschiedenis van mondiaal belang geschreven, maar het is wel onze geschiedenis. Natuurlijk; een besluit dat in de aula van het Griendencollege wordt genomen is niet, uitsluitend omdat die vergaderruimte daar de uitstraling van een gymzaal heeft, vanzelfsprekend een slecht besluit, maar het voelt toch ook niet helemaal hetzelfde.

En misschien is dat gevoel belangrijker dan we denken. Zoals we allemaal weten (dat komt omdat ie het er zo vaak over heeft) komt onze burgemeester uit Rotterdam. Daar worden ze ook nog altijd vanuit dat prachtige stadhuis aan de Coolsingel bestuurt, terwijl ze langs de A-20 best een alternatieve locatie kunnen realiseren en die goedkoper in onderhoud is en bovendien gemakkelijker met het openbaar vervoer te bereiken is. Om van parkeerfaciliteiten maar te zwijgen.

Maar goed, we gaan natuurlijk niet voetstoots het voorbeeld volgen van de Britten, met hun idiote wit-gepoederde pruiken en hun malle Brexit-strapatsen. We moeten onszelf ten slotte wel serieus blijven nemen. Maar laten we alstublieft wel een beetje op ‘ons huis’ blijven passen. Immers, de oude burgmeester Drijber – van het gelijknamige plein in de Oude Uitbreiding – sprak ons (althans de Sliedrechters van dat moment) bij de opening in 1923 toe met de woorden: “Heb vrede in uw huis”. Het is dus ‘ons huis’, en daar moeten we een beetje zuinig op zijn.

Martin Dekker heeft een facebookpagina gestart “Tegen verkoop Raadhuis Sliedrecht”. Misschien is het leuk als iedere Sliedrechter die in het oude raadhuis is getrouwd, daar zijn trouwfoto (of die van zijn grootouders) op plaatst.

Als ik de mijne nog kan vinden, zal ik het in ieder geval doen.

Geert Tieman

De redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoudelijke juistheid van een ingezonden brief. Plaatsing houdt niet in dat de redactie achter de inhoud van het bericht staat. Een brief wordt uitsluitend geplaatst als de bron bij ons bekend is. De naam van de afzender wordt onder het artikel geplaatst. NAW- en e-mailgegevens worden niet openbaar gemaakt. Een ingezonden brief plaatsen we onverkort, soms ook omdat er geen artikel over het onderwerp op onze website is verschenen.

Redactie Sliedrecht24

2 gedachten over “INGEZONDEN BRIEF: Ons huis”

  1. Geert, goed geschreven dit stuk over ons gemeentehuis.
    Goed dat er mensen zijn in ons dorp die er zo instaan, zoals jij.
    En dat allemaal over 2 stoelen die er bij moeten.
    Te gek voor woorden!
    Als het college de ambtenaren bij de raadsvergaderingen eens thuis laten, is er plaats zat.
    Bovendien is er dan ook plaats voor de inwoner en hoeven zij niet al dat gezwam van die ambtenaren aan te horen.

  2. Geert Tieman ,goed geschreven .. er zijn al zoveel Sliedrechtse ‘beeld bepalende’ panden verdwenen… laat daar alsjeblieft ‘ons’gemeentehuis niet aan ten deel vallen.

Plaats een reactie

*=Verplicht veld